Hollands winterlandschap, tekening met pen en gewassen inkt vervaardigd door een anonieme meester rond 1800. Afm. 14,6 x 19,2 cm.
Schaatsers jong en oud, treintje rijden, arrensledes, transport over het ijs en andere winterse activiteiten. De Lage Landen kenden vele vinnig koude winters. Kou die deur vel en vleesch passeerde. Binnenwateren en rivieren konden potdicht gevroren zijn en tot maart met een dikke ijskorst bedekt. Havens zaten dicht. De Zuiderzee werd met sledes en wagens overgestoken. Soms zwierven wolven rond op zoek naar prooi. De prijzen voor etenswaren stegen tijdens de winterperiode tot onwaarschijnlijke hoogte. Er was gebrek aan turf, hout en kolen en vooral aan vers water. Werk was moeilijk te vinden. Er stierven heel wat mensen van de kou. Ellende overheerste.
Toch ligt de winter ligt veel Nederlanders na aan het hart. De gedachte aan ijs en schaatsen alleen al doet het sneller slaan. Vroeger even goed als tegenwoordig.
Van de ruige realiteit tijdens grillige winters is op ijsgezichten doorgaans weinig te zien. Het koperspubliek wilde geen ellende en ook geen al te realistische weergave van borrelende scheuren, windwakken en viezigheid op het ijs. Men vroeg om een idyllisch plaatje.
Prijs: VERKOCHT