Vier tulpen, aquarel vervaardigd door bloemenschilderes Johanna Helena Buyskes (1840-1869). Afm. (papier) 41 x 26,5 cm. (Afm. lijst: 61 x 45 cm)
De uit het Ottomaanse Rijk afkomstige tulp werd in de 16de eeuw geïntroduceerd in Europa. De tulp was populair in onder andere Frankrijk, maar leidde tot een ware hysterie in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De eerste tulpen werden in 1593 door de Vlaamse diplomaat aan het Turkse hof, Ogier Gisleen van Busbeke aan zijn vriend Carolus Clusius gestuurd, die botanicus was in Leiden. Zes oogsten later – een tulp komt in zeven jaar tot wasdom – was het verzamelen van tulpen een rage geworden.
Botanische illustratoren wijdden zich in de 15e– en 16e-eeuw aan de geneeskrachtige eigenschappen van bloemen en planten en determineerden deze zo nauwkeurig mogelijk. Later brachten Europese ontdekkingsreizigers exemplaren mee uit exotische oorden, die vervolgens voor een publiek -gefascineerd door nieuwe ontdekkingen- door kunstenaars zorgvuldig werden gereproduceerd. In de loop van de 18e– en 19e-eeuw maakte de wetenschappelijke illustratie plaats voor een weergave van de schoonheid van planten en bloemen.
Johanna Helena Buyskes was kleindochter van admiraal Arnold Adriaan Buyskes, gouverneur-generaal van het voormalige Nederlands Oost-Indië.
Ook het Teylers Museum bezit een aantal bloemstukken in aquarel van de hand van Johanna Helena Buyskes.
Prijs: VERKOCHT
