Serie van 12 etsen vervaardigd rond 1750 door Jan Caspar Philips. Later met de hand gekleurd. Afm. elk 8,5 x 5 cm.
De maanden worden voorgesteld met de daarbij behorende vorm van vermaak:
De Louwmaand kan vermaak aan schaatsenrijders geven,
Maar het spreekwoord zegt, het ijs kost menig een het leven.
De Sprokkelmaand vertoont vastenavonds’ vreugd,
Wanneer zich menig in ‘t vermomd gewaad verheugt.
De Lentemaand, die meest de grond aan alle kanten,
Ontdooit, maakt een begin met spitten, snoeien, planten.
De Grasmaand gaf met haar begin van de ouden tijd,
De Jeugd aanleiding tot het strepen met het krijt.
De Bloeimaand die haar lof van mens en dier hoort melden,
Vertoont de vrijerij van de herders op de velden.
De Zomermaand verschaft de hengelaar vermaak,
Als hij de vis beloert, al is ’t niet altijd raak.
De Hooimaand toont, doende ons den nieuwen haring proeven,
Dat wij, waar Hollandse haring is, geen Engelse behoeven.
De heilrijke Oogstmaand die het koren rijpen doet,
Toont ook ’t vermaak van de jeugd door het zwemmen in de vloed.
De Herfstmaand, is er slechts geen kwaad seizoen te duchten,
Verschaft een rijke maat van fraaie en rijpe vruchten.
De Wijnmaand toont hoe zij de wijn, dat edel nat,
Doet persen uit de druif en verzamelen in het vat.
De Slachtmaand vult de kuip, de winter zal genaken [naderen],
Terwijl de jeugd zich met de [varkens]blazen zal vermaken.
De Wintermaand maakt dat het kind in vreugde leeft,
Wanneer Sint Nicolaas veel lekkernijen geeft.
De etsen vermelden de oude Nederlandse namen die verwijzen naar natuurverschijnselen of naar landbouwactiviteiten in de betreffende maand: louwmaand – (januari, ‘louw’ komt van het woord (leer)looien dat men gewoon was in deze maand te doen) | sprokkelmaand – (februari, waarin men hout sprokkelde voor het vuur voor de haard) | lentemaand – (maart, dan begint de lente) | grasmaand – (april, de maand waarin het nieuwe gras uitspruit) | bloeimaand – (mei, de maand waarin alles in bloei staat) | zomermaand – (juni, maand van de zomer) | hooimaand – (juli, de maand waarin gras gemaaid wordt, op stapels gezet en binnen gehaald) | oogstmaand – (augustus, de maand waarin dat wat op het land groeit geoogst wordt) | herfstmaand – (september, de maand waarin de herfst begint) | wijnmaand – (oktober, de maand waarin de nieuwe wijn gereed is) | slachtmaand – (november, de maand waarin het vee wordt geslacht) | wintermaand – (december, de maand waarin officieel de winter begint).
Prijs: VERKOCHT