CURAÇAO, WIC UITVALSBASIS VOOR HANDEL EN KAAPVAART
“Curaçao, from the originals of Gerard van Keulen“. Kopergravure vervaardigd door Thomas Jefferys uitgegeven door Robert Sayer te Londen in 1775 als deel van “The West-India Atlas“. Later met de hand gekleurd. Afm. 47 x 61 cm.
Kaart van Curaçao, met rechts een inzet van een plattegrond van Fort Amsterdam gelegen aan de Sint Annabaai. Rechtsboven zie we een aantal kustprofielen, drie van Curaçao gezien vanuit verschillende richtingen en een van Klein Curaçao. Linksonder schaalstokken in Sea Leagues (1,609 m) en Dutch miles (7157 m). In het kaartbeeld en rondom het eiland zijn heel veel namen en begrippen genoteerd; bij een aantal baaien is vermeld “for Barks” of “for Boats and small Craft“. Langs de zuid- en westkust is op verschillende plaatsen een ankertje getekend. Aangegeven zijn ook de plantages, zoutpannen, waterbronnen en vegetatie.
De handel in textielwaren, consumptiegoederen, bouwmaterialen en dergelijke, waaraan in Venezuela maar ook elders in het Caribisch gebied steeds behoefte bestond en die uitgewisseld werden tegen agrarische producten, vormde heel de 18e-eeuw de basis van de Curaçaose economie. De havenkades werden belangrijke ontmoetingsplaatsen voor handelaars en zeevaarders uit allerlei oorden en streken. Niet alleen het laden en lossen van schepen zorgde voor veel vertier. Langs de oevers van de Sint Annabaai kwamen ook scheepswerven waar schepen werden gebouwd, gerepareerd of van nieuwe uitrusting werden voorzien. Leveranties van Scheepsvoorraden en vers water bezorgden anderen inkomsten. Verder vonden er financiële transacties plaats en werden er verzekeringen afgesloten. Kortom: handel en scheepvaart en de daarmee verbonden activiteiten vormden de basis van de Curaçaose economie. Deze activiteiten concentreren zich in een klein gebied aan de weerszijden van de Sint Annabaai, waar de ommuurde stad Willemstad ontstond. Bij de ingang van de haven lag het sterke Fort Amsterdam, waarvoor de fundamenten kort na de komst van de WIC in 1643 waren gelegd. Binnen dit fort woonde de gouverneur en bevonden zich ook de bestuurskantoren van de WIC. Ook was daar het grootste deel van het garnizoen gevestigd dat in de 18e-eeuw doorgaans niet veel meer dan 100 soldaten omvatte. Binnen de stadsmuren van het ten oosten van de Sint Annabaai gelegen stadsdeel nam in de loop van de 18e-eeuw de bevolkingsdruk sterk toe. Aan het eind van die eeuw woonden er bijna 5000 personen in nog geen 300 huizen.
Thomas Jefferys was een van de belangrijkste Engelse uitgevers van kaarten in de 18e-eeuw. Hij vervaardigde kaarten van de gehele wereld, maar zijn beste werk is van Noord-Amerika en West-Indië. Hij begon zijn carrière in de kaarten handel in de vroege jaren 1730, hij was werkzaam als graveur voor verschillende Londense uitgevers en begon uiteindelijk zijn eigen winkel. In 1746 werd hij benoemd tot geograaf van de Prince of Wales en werd in 1760 geograaf aan de Koning. Daarmee kreeg hij toegang tot de manuscripten en cartografische informatie in het bezit van de Engelse marine. Begin jaren 1760 begon hij aan een ambitieus project om op basis van nieuw onderzoek van een reeks Engelse graafschappen kaarten te produceren, maar het geld raakte op en zijn faillissement volgde in 1766. Hij werkte vervolgens samen met de Londense uitgever Robert Sayer, die veel van Jefferys’ platen tot na zijn dood in 1771 opnieuw uitgaven.
Jefferys maakte deze kaart naar voorbeeld van Gerard van Keulen, die in 1728 zijn “Nieuwe Afteekening van het Eyland Curacao“ had gemaakt.
Literatuur: Wim Renkema “Kaarten van de Nederlandse Antillen” (2016). Kaart nr. C93.1.
Prijs: Euro 3.450,-