SPECTACULAIRE WERELDKAART MET HET VERHAAL VAN DE SCHEPPING
“ Mappe Monde, contenant les Parties Connues du Globe Terrestre ” Kopergravure vervaardigd door Gobert-Denis Chambon naar het werk van Guillaime De L’Isle, uitgegeven in 1754 door Jean Janvier en S.G. Longschamps. Later met de hand gekleurd. Afm.: ca. 119 x 148 cm
Deze prachtige wereldkaart bestaat uit twee hemisferen. Het oostelijk halfrond wordt gedragen door Hercules (met de huid van de Nemeïsche leeuw), het westelijk halfrond wordt gedragen door Atlas. Bovenaan worden titellinten vastgehouden door putti. Linksonder de sterrenhemel zoals te zien vanaf het noordelijk halfrond, rechtsonder de sterrenhemel van het zuidelijk halfrond, midden onder een zgn. armillairsfeer waarin we de hemelbol zien met de belangrijkste keerkringen, evenals afbeeldingen van het Ptolemeïsche geocentrische wereldsysteem (waarin de aarde centraal staat en wordt omringd door de planeten) en het moderne wereldsysteem (waarin de aarde slechts een van de planeten van ons zonnestelsel is).
Onder de hemisferen wordt de geschiedenis van de geografie beschreven. Van de oude geschiedenis tot en met Claudius Ptolomeus en de moderne geschiedenis met onder anderen Abraham Ortelius en de projectie van Gerard Mercator en natuurlijk Nicolas Sanson. Fijntjes wordt besloten met de mededeling dat de Fransen het meest hebben bijgedragen aan het perfectioneren van de geografie…
De kaart wordt omlijst door het Bijbelse verhaal van de Schepping. Op dag een scheidde God scheidde licht en duisternis . Op dag twee schiep God het hemelgewelf, dat de watermassa onder het gewelf scheidde van het water erboven. Op dag drie liet God het water samenvloeien. Het droge noemde Hij aarde, het samengestroomde water noemde Hij zee. Voorts liet God zaadvormende planten en bomen ontkiemen. Op dag vier schiep God de lichten aan het hemelgewelf, zon, maan en sterren als markering voor seizoenen, dagen en jaren. Het grote licht (de zon) om over de dag te heersen, het kleine (de maan) om over de nacht te heersen. Op dag vijf liet God het water wemelen van levende wezens en boven de aarde liet Hij vogels vliegen. En God zegende hen, opdat de vogels en de vissen talrijk zouden worden. Op dag zes schiep God de landdieren: het vee, kruipende dieren en wilde dieren. Vervolgens besloot God de mens te maken, naar Zijn evenbeeld, om heerschappij te voeren over alle andere schepselen. God schiep eerst de mens (als hem) en in tweede instantie als man en vrouw (hen). Hij zegende ze met de woorden: “Wees vruchtbaar en word talrijk” en heers over de vissen, vogels en alle dieren die op aarde rondkruipen. Aan het eind van deze dag, na de schepping van de mens, keek God naar alles wat Hij had gemaakt en zag dat het goed was.
Op de voorstelling er na zien we dat Adam en Eva inmiddels van de verboden vrucht gegeten hebben. Ze beseften ze dat ze naakt waren, ze hadden vijgenbladeren geplukt en bedekten zich er mee. Daarop worden Adam en Eva uit het Paradijs verjaagd. Adam moest nu in hun levensonderhoud voorzien en werkt op het land, Eva baart twee zonen Kaïn en Abel.
Kaïn doodde zijn broer, omdat God Abels dieroffer wel aannam, maar het offer van Kaïn, een deel van de oogst van het land, niet. Kaïn is daarmee een waarschuwing tegen de zonde en de gevolgen ervan, Abel juist het voorbeeld van een ware gelovige (vandaar Gods voorkeur voor Abels offer).
Volgens “Origine de l’Architechture” zien we hoe door Kaïn een stad wordt gebouwd omdat de mensen zich ook moeten beschutten. Daarmee worden de mensen niet alleen in hun behoeften voorzien, maar ook in hun gemakken.
Om huizen en steden te bouwen waren gereedschappen en instrumenten nodig, Tubal-Kaïn en zijn metgezellen waren de eersten die met ijzer werkten. Het geluid van het hameren, bracht hen op het idee muziek te maken. De mensheid vond sindsdien allerlei kunsten uit die de luxe en pracht voortbrachten die we vandaag kennen.
Maar God zag dat de mensen op de aarde slecht waren. Alles wat ze bedachten en deden was slecht. Hij had er daarom spijt van dat Hij de mensen had gemaakt en besloot dat Hij ze zou doden.
Met uitzondering van Noach, hij was de enige die leefde zoals God het wil. Hem vertelde God dat hij een ark moest bouwen voor hem en zijn gezin en van alle dieren één mannetje en vrouwtje. Daarna komt de zondvloed.
Maar na een jaar zakt het water en stuurt Noach een vogel uit. De tweede keer komt de vogel terug met een takje. Als de duif weer wordt uitgestuurd en niet meer terug komt, kunnen alle arkbewoners aan land. Daarop maakt Noach een dankoffer voor God. Dan laat God de regenboog aan de hemel verschijnen, met de belofte de aarde nooit meer op deze manier vernietigd zal worden. We schrijven het jaar 1657.
Noach’s kinderen vermenigvuldigden zich en ze zeiden laten we een stad bouwen met een toren waarvan de top tot in de hemel komt. Laten we er zo voor zorgen dat iedereen ontzag voor ons heeft. Dan zullen we niet over de hele aarde verspreid raken. Maar toen daalde God af om te kijken naar de stad en de toren die mensen aan het bouwen waren. God veroorzaakte een spraakverwarring, zodat de mensen, die eerst één taal hadden, elkaar niet meer konden verstaan. De bouw van de stad en de toren werden gestaakt. God verspreidde vervolgens de mensen over de aarde. De stad kreeg de naam Babel.
Prijs: Euro 17.500,-