Angola, Zuid-Afrika, Kaap de Goede Hoop – Reinier & Josua Ottens, ca. 1730
€750
PASKAART VAN DE KUST VAN ZUID-AFRIKA MET INZET VAN KAAP DE GOEDE HOOP
“Cimbebas et Caffariae Littora a Catenbela ad Promontorium Bonae Spei“. [De kusten van Cimbebas en Kafferland van Catumbela tot aan Kaap de Goede Hoop.] Kopergravure vervaardigd rond 1730 door Reinier en Josua Ottens. In de tijd met de hand gekleurd. Afmetingen: 43,5 x 55 cm.
Deze fraaie paskaart toont de zuidwestkust van Afrika van Catumbela (het huidige Angola) tot aan de Kaap de Goede Hoop. Dit gebied, rijk aan maritieme geschiedenis en cruciaal tijdens het tijdperk van de grote ontdekkingen, is rijk versierd weergegeven en vol details die zowel de exotische aantrekkingskracht als de strategische betekenis voor de Nederlandse zeevaart onderstrepen.
De kaart omvat gebieden die bewoond werden door de Khoikhoi en San, naast andere volkeren. Handelsplaatsen als Catumbela (in het huidige Angola) maakten deel uit van het netwerk voor de handel in goud, ivoor en slaven, dat het Afrikaanse binnenland verbond met de kust en daarbuiten.
In de 17de- en 18de-eeuw was de regio een belangrijke schakel in de Nederlandse zeeroute voor de specerijenhandel en andere commerciële activiteiten tussen Europa en Azië. De in 1602 opgerichte Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) beheerste deze routes en stichtte diverse handelsposten en koloniën langs de Afrikaanse kust. Vooral de Kaap de Goede Hoop was van groot belang als verversingsstation voor schepen die de wateren tussen Europa en Azië bevoeren. Ontdekkingsreizigers als Bartolomeu Dias, die de Kaap in 1488 voor het eerst omzeilde, en later Nederlandse zeevaarders, brachten deze wateren nauwkeurig in kaart, waardoor hun toegankelijkheid en strategisch belang toenam. De Nederlandse kolonie Kaapstad gesticht in 1652, groeide uit tot een belangrijk centrum van Nederlandse invloed. De nederzetting trok Europese kolonisten aan en ontwikkelde zich rap tot een handels- en verkeersknooppunt in de regio. De Portugezen hadden intussen nederzettingen gesticht in Angola en Mozambique en bezaten eveneens een sterke positie in de kusthandel van de regio.
In de tweede helft van de 17de en de eerste helft van de 18de eeuw werd de Europese handel in de regio grotendeels bepaald door de trans-Atlantische slavenhandel. Met name Nederlandse en Portugese schepen deporteerden miljoenen Afrikanen naar het westelijk halfrond. De zuidwestkust van Afrika was een belangrijke herkomstregio voor deze handel, waar grote aantallen mensen door plaatselijke heersers en handelaren gevangen werden genomen en tot slaaf gemaakt. Naast de slavenhandel omvatte de Europese handel in deze periode ook de uitwisseling van ivoor, goud en specerijen. Vooral het ivoor van olifanten genoot grote belangstelling bij de Nederlanders: in Europa was het bijzonder geliefd voor de vervaardiging van luxegoederen en fijn snijwerk.
Het titel cartouche bovenaan toont leeuwen, een gazelle en een ondefinieerbaar reptiel, evenals Europese handelaren, ook zien we lokale mannen met speren en een vervaarlijk ogende hoofdtooi.
Op de inzetkaart rechtsonder worden de ommelanden en de kust van Kaap de Goede Hoop nog eens in detail weergegeven.
Prijs: Euro 750,-








