Leiden – Caspar Merian, 1659

GEZICHT OP LEIDEN “Leyden“, gravure gedrukt van twee koperplaten, vervaardigd ca. 1650, uitgegeven te Frankfurt a.M. door Caspar Merian in…

Read more

GEZICHT OP LEIDEN

Leyden“, gravure gedrukt van twee koperplaten, vervaardigd ca. 1650, uitgegeven te Frankfurt a.M. door Caspar Merian in 1659. Later met de hand gekleurd. Afm.: 21,5 x 63 cm. Uit de atlas Topographia Germaniae Inferioris.

In de zeventiende eeuw was Leiden een van de belangrijkste steden van Holland. De stad herbergde een universiteit en was productiecentrum van het bekende Leidse laken.

In het “Toonneel der steden van de Verenighde Nederlanden” uitgegeven in 1649 door Joan Blaeu, die in Leiden had gestudeerd, wordt de stad beschreven als een “stad die sterk is en wel gebouwd, met sierlijke poorten en brede vesten, buiten de wallen is een brede singelgracht die vermakelijck is beplant met iepen waaronder ieder zich kan verlustigen”. En dat is precies wat we op het profiel van Caspar Merian zien.

Topographia Germaniae Inferioris was een deel van Topographia Germaniae, het belangrijkste werk van kopergraveur en uitgever Matthäus Merian de Oudere (1593 – 1650). Hij gaf dit werk gezamenlijk uit met Martin Zeiler (1589-1661) uit Ulm, die voor de tekst verantwoordelijk was. Het werk bevat ongeveer 2.000 afbeeldingen en plattegronden van steden, kloosters en kastelen en geldt als een van de belangrijkste werken op het gebied van geografische afbeeldingen.

Merian was 1642 begonnen met de uitgave van een overzichtswerk met stadsgezichten, afbeeldingen van landschappen en kaarten waar hij reeds decennia lang tekeningen voor had verzameld. Tot 1688 werd de serie uitgebreid met verdere beschrijvingen van Europese gebieden tot uiteindelijk 30 banden met in totaal 92 kaarten en 2142 stadsgezichten en was daarmee een van de grootste uitgegeven boeken uit z’n tijd.

De eerste delen graveert Matthäus Merian zelf en geeft deze ook zelf uit. Later wordt aan een groot aantal in die tijd beroemde graveurs het graveerwerk uitbesteed en nemen zijn zoons Matthäus de Jongere en Caspar het uitgeverswerk over.

Prijs: VERKOCHT