“Sky Jumping“, aquarel op papier vervaardigd door Jan Willem (Willy) Sluiter rond 1930. Gesigneerd en betiteld linksonder. Afm. 47 x 37 cm.
In het interbellum worden de Alpen niet alleen ontsloten als een plek om te kuren, maar wordt ook de wintersport bij de beau monde populair, zeker na de Olympische Winterspelen van 1928 in St. Moritz. De Zwitserse Alpen waren geciviliseerd en zodanig gecultiveerd dat ze de nieuwe wintertoerist konden vermaken.
Berggidsen die in het verleden de winter hadden doorgebracht met het in de olie zetten van hun bergschoenen en het oprollen van touwen, bekwaamden zich in het nieuwe spel waarbij je over met kristallen bedekte weilanden naar beneden gleed. Zij kenden onderweg iedere steen en iedere den en zorgden er voor dat gasten aan het einde van de dag weer veilig terug kwamen om zich te kunnen behagen bij haardvuur, glühwein en lokale delicatessen. Al snel bleek dat ook diegenen die verkozen om niet te gaan skiën, toch konden deelnemen aan het wintervermaak en werd de après-ski zo belangrijk als het skiën zelf. Het duurde niet lang of de stadjes werden buitenposten van de mondaine glitter met bijbehorende filialen van Zürichse banken en juwelierszaken.
In zijn tekeningen van de welgestelde sneeuwtoeristen in Davos en St. Moritz toont Willy Sluiter zich chroniqueur van zijn tijd.
Sluiter (1873-1949) bewoog zich als gentleman-schilder in uiteenlopende kringen en had twee uitgesproken talenten: hij schilderde prachtige, impressionistische landschappen en haven- en stadsgezichten, en was daarnaast een rastekenaar, die in staat was om in vlotte, vaak humoristische schetsen en aquarellen het leven om zich heen vast te leggen. Sluiters’ tekentalent leidde ook tot vele opdrachten voor boekomslagen, illustraties, affiches en ander reclamewerk. Vanaf de jaren twintig was hij een bekend en zeer succesvol kunstenaar. Hij kreeg talloze onderscheidingen.
Prijs: VERKOCHT