Ottomaanse Rijk – Tobias Lotter, na 1757
“Magni Turcarum Dominatoris Imperium per Europam, Asiam et Africam, se extendens Regiones tam proprias, quam tributarias et clientelares ut et…
Lees verder
“Magni Turcarum Dominatoris Imperium per Europam, Asiam et Africam, se extendens Regiones tam proprias, quam tributarias et clientelares ut et omnes Beglerbegatus sive Praefecturas Generales oculis sistens accuratissima cura delineatum” [ Het machtige rijk van de Turkse heerser, zich uitstrekkend over Europa, Azië en Afrika, met nauwkeurige zorg getekend, waarin zowel de eigen gebieden als de tribuutplichtige en vazalgebieden worden getoond, evenals alle Beylerbeys ofwel algemene gouverneurschappen.] Kopergravure voor het eerst uitgegeven door Matthäus Seutter 1731-1741, hier uitgegeven door Tobias Conrad Lotter na 1757. In de tijd met de hand gekleurd, met latere toevoegingen. Afm. 47 x 57 cm.
Rond 1700 bevond het Ottomaanse Rijk zich in een periode van terugtrekking en hervorming, na de grote bloei in de 16e eeuw. De glorie was voorbij, en vanaf het einde van de 17e eeuw begon het rijk in hoog tempo gebieden te verliezen, vooral in Europa. Een belangrijk keerpunt kwam in 1699, toen het rijk, na een reeks nederlagen: Hongarije, Transsylvanië en Dalmatië gingen verloren. De Grote Turkse Oorlog (1683–1699) en het mislukte Beleg van Wenen in 1683 markeerden het einde van de Ottomaanse expansiedrang in Europa.
Toch betekende het begin van de 18e eeuw niet louter verval. De eerste helft van die eeuw wordt vaak gezien als een tijd van interne heroriëntatie en voorzichtige hervormingen. Onder sultan Ahmed III (1703–1730) brak de zogenaamde Tulpentijd aan (Lale Devri, 1718–1730), een tijdperk dat bekendstaat om een culturele bloei en een groeiende openheid voor Europese kunst en architectuur. Het was tevens een tijd waarin moderniserende initiatieven voorzichtig ingang vonden.
In de decennia daarna bleef het rijk verwikkeld in oorlogen, vooral met Perzië en Rusland. Tijdens de jaren 1730 vochten de Ottomanen herhaaldelijk tegen het Safawidische en later Afsharidische Perzië, geleid door de charismatische krijgsheer Nader Shah. Tussen 1733 en 1735 wist hij delen van de Kaukasus, Irak en het huidige Azerbeidzjan te veroveren. Tegelijkertijd oefende Rusland, steeds meer druk uit op de Zwarte Zee-regio en de Krim.
Matthäus Seutter heeft het kaartbeeld van het rijk gegraveerd, maar voor het grote decoratieve cartouche maakte hij waarschijnlijk gebruik van de Augsburgse zilversmid Abraham Drentwet (1647 – 1729). Daar zien we (vermoedelijk) sultan Mahmut I gezeten op zijn troon. Voor hem knielen twee mannen die hem schatten aanbieden. Rechts van de titel bevinden zich meer allegorische voorstellingen, waaronder een Europeaan met een wereldbol, een leeuw, de staf van Caduceus (als teken van de handel), een schild met het hoofd van Medusa en een speer. De personificatie van Roem (Fama) blaast op haar bazuin en verkondigt de macht van de Ottomaanse heersers.
Na de dood van Matthäus Seutter in 1757 werden de koperplaten uit zijn nalatenschap verdeeld en kwam de plaat waarvan de kaart Turkse rijk gedrukt kon worden, in bezit van Tobias Lotter die de kaart, behalve dat hij zijn eigen naam er op zet, ongewijzigd in zijn atlas opnam.
Prijs: Euro 495,-