Zuid-Amerika – John Thomson, 1817
“South America”, kopergravure vervaardigd in 1814 door J. Moffat te Edinburgh en uitgegeven als deel van John Thomson’s “New General…
Lees verder
“South America”, kopergravure vervaardigd in 1814 door J. Moffat te Edinburgh en uitgegeven als deel van John Thomson’s “New General Atlas” uit 1817. In de tijd met de hand gekleurd. Afm.: 61 x 52 cm
Op deze interessante kaart van Zuid-Amerika zien we het gehele continent, van de Caribische Zee tot Vuurland en de Zuid-Georgia-eilanden. Zuid-Amerika bevindt zich te midden van 25 jaar Spaans-Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd.
De kaart zit vol met – vaak misleidende – details, vooral in de stroomgebieden van de Orinoco, Paraguay en Amazone, waar talloze missieposten, geografische formaties en inheemse stammen worden vermeld. Dit suggereert een mate van verkenning die in werkelijkheid nooit heeft plaatsgevonden. Het mythische “Laguna de Xarayes” wordt hier voor het eerst niet meer opgenomen als vermeende bron van de rivier de Paraguay, maar de “Lago Parima” – veronderstelde locatie van Eldorado en de mythische stad Manoa – staat nog prominent afgebeeld in Guiana.
Te midden van de dicht opeengepakte rivieren en bergketens zijn kleine notities te vinden zoals “these lands are unknown”, “these parts have never been explored”, en “this country is uninhabited”.
Over het algemeen staan Thomson-kaarten bekend om hun grote formaat en uitzonderlijke nauwkeurigheid. Reliëf wordt weergegeven met arcering; steden, dorpen en belangrijke geografische elementen zijn benoemd.
John Thomson (1777 – ca. 1841) was een Schotse cartograaf, uitgever en boekbinder, werkzaam in Edinburgh in het begin van de 19de eeuw. Hij leerde het vak bij boekbinder Robert Alison, en ging daarna korte tijd in zaken met Abraham Thomson. Toen de twee hun samenwerking beëindigden, richtte John zich op de kaartproductie, terwijl Abraham de boekbinderij voortzette.
Thomson geldt als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Edinburghse cartografische school, die bloeide tussen circa 1800 en 1830. Samen met tijdgenoten als Pinkerton en Cary vernieuwde hij de Europese cartografie door af te stappen van de 18de-eeuwse decoratieve stijl met uitbundige cartouches en fabeldieren, ten gunste van nauwkeurigheid en wetenschappelijke helderheid.
Zijn belangrijkste werken zijn onder meer de “New General Atlas” (1814–1821), de “New Classical and Historical Atlas” (1829), en de “Atlas of Scotland” (1830). Laatstgenoemde monumentale werk, leidde uiteindelijk tot het faillissement van zijn uitgeverij in 1830, waarna de koperplaten gerechtelijk in beslag werden genomen. In 1831 wist Thomson zijn platen terug te krijgen, maar in 1835 volgde een nieuw faillissement; het merendeel van zijn platen werd toen verkocht aan A. K. Johnston & Co.
Prijs: Euro 375,-

