Haagse kermis met Schutterij op het Buitenhof – Daniel Marot, 1686
“Haagse Kermis met de optreckende Burgerij, sig Presenterende aan haar Koninklijke Hoogheden Mijn Heer de Prince en Mevrouw de Princesse…
Lees verder€5.250
“Haagse Kermis met de optreckende Burgerij, sig Presenterende aan haar Koninklijke Hoogheden Mijn Heer de Prince en Mevrouw de Princesse van Orange.” Ets met gravure vervaardigd in 1686 door Daniël Marot te ‘s-Gravenhage. Later met de hand gekleurd. Afm. 64,5 x 92 cm.
Fraai vogelvluchtgezicht op het Buitenhof in Den Haag met op de achtergrond het Stadhouderlijk Kwartier naast de Hofvijver. Links het Noyelleshuis (tegenwoordig ‘Vijverhof’).
Het plein staat vol met kraampjes waartussen zich talrijke bezoekers bewegen. Rechts op de voorgrond heerst grote activiteit bij een aantal kramen, waar onder andere wafels worden gebakken. Er wordt muziek gemaakt en gedanst. Maar er wordt ook gevochten en er ligt iemand z’n roes uit te slapen en er moet iemand overgeven en wordt tegelijkertijd van zijn beurs beroofd.
De kermis was uitgegroeid tot één groot centrum van vertier, met optredens van koorddansers, acrobaten en gedresseerde dieren, die niet alleen de belangstelling van het volk trokken, maar ook aanzienlijke Hagenaars niet koud lieten.
Hier zien we het moment waarop een defilé plaats vindt van de schutterij van de stad. De schutters komen van links op en marcheren tussen de kermiskraampjes door naar het Stadhouderlijk Kwartier, om daar de wapens te presenteren. Vanuit het venster boven de poort naar het Binnenhof slaan de prins en zijn gevolg het defilé gade. Rechts staat de cavalerie van prins Willem III opgesteld, vlakbij de waterpomp. Achter de cavalerie is de ingang naar de chique Haagse overdekte kaatsbaan.
In de zeventiende eeuw trokken eenmaal per jaar de schutters in volle uitrusting met vaandels en slaande trom door de stad om een centrale plaats de wapens te presenteren. In 1697 wordt dit gebruik afgeschaft.
Toen Willem III in 1689 koning van Engeland was geworden en in Londen verzuchte hij “te wensen een vogel te zijn, zodat hij over de Noordzee naar Den Haag kon vliegen”. Hij voegde er aan toe hier honderdduizend, ja wel tweehonderdduizend gulden voor over te hebben.
De prent is opgedragen aan prins Willem III, wiens wapenschild bovenaan is afgebeeld.
Literatuur:
- Frederik Muller – Nederlandse Historieplaten (1863-70), nr. 2683 (“zeer fraaije en zeldzame plaat”)
- Charles Dumas – Haagse Stadsgezichten 1550-1800 (1991), p. 588, noot 27
- J.F. Heijbroek – Geschiedenis in Beeld 1550-2000 (2000), p. 162-163.
Prijs: Euro 5.250,-