Hollandse schaatsenrijders, ets vervaardigd tussen 1745 en 1780 door Anthonij van der Haer naar een tekening uit 1689 van Cornelis Dusart. Afm. 11 × 12,9 cm.
Elke schaatsenrijder die zich in de vaak bitter koude Hollandse winters op het ijs begaf, voorzag zichzelf van een stok of ijshaak . “’t Is verwonderens waert te sien, hoe de Boeren op hare schouders lange stocken draghen; doch dit doense daerom, op datse, indien sij in een sloot vielen, of in een open gat, sij haer door dese stocken dies eerder weder redden kennen”, meldt Jean Nicolas de Parival in de tweede helft van de 17e-eeuw in zijn “Les Delices De La Hollande”.
Cornelis Dusart (1660-1704) schilderde “kermisfeesten, drinkgelagen twistende boeren en dergelijke onderwerpen. In hooge mate bezat hij de gaaf om de menschelijke hartstogten op het doek uit te drukken en naar waarheid weder te geven.” (Aldus het Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek.) Zijn tekening is hier een eeuw later nageëtst door kunstverzamelaar en amateuretser Anthonij van der Haer (1730-1780).
Prijs: VERKOCHT
